Historische achtergrond

Een Twentsche traditie

Het is winter, koud en donker. De wind waait door de kale boomtakken, de eerste advent zondag hebben we achter ons. Ergens in de verte klinkt een klaaglijk geluid dat weergalmt. Dan is het weer stil, opeens weer dat geluid. Wat is dat? Vanuit een andere windrichting weerklinkt hetzelfde geluid……… Het midwinterhoornblazen is ontstaan door de Germaanse joelfeesten. Men wilde de boze geesten verdrijven, die er voor zorgden dat het steeds vroeger donker werd. Men begon te blazen tegen het eind van het jaar bij de laagste zonnestand en blies net zo lang, totdat de zon weer hoger aan de hemel klom. In de prehistorie  klonken deze klanken al over een groot stuk van noordwest Europa. Na de grote volksverhuizing en het in elkaar storten van het Romeinse rijk rond het jaar 400, breidde het christelijke geloof zich langzamerhand uit  over Europa. Ook de Heidense stammen in onze regio werden door vertegenwoordigers van de kerk benaderd. Het geloof in mythen stierf hierdoor uit.
Toen het katholieke geloof in ons land kwam, besloot  paus Gregorius 1 (540-604) dat onschuldige volksgebruiken konden worden ingebed in dit geloof. Zo is het Midwinterhoornblazen gebleven, met de duidelijke functie om vanaf de 1eadventzondag tot drie koningen de geboorte van het Christus kind aan te kondigen. De traditie was bijna verdwenen in de veertiger jaren. Men blies toen bijna alleen nog op blikken hoorns (deze waren makkelijker te maken). Dit was een doorn in het oog van o.a. de Oldenzaler Toon Borghuis (musicus en volkskundige). Hij riep op, de traditie van houten horens niet verloren te laten gaan en organiseerde met medestanders het jaarlijkse demonstratieblazen. Vanaf toen kwamen de houten hoorns weer in beeld en verdwenen de blikken hoorns. Het midwinterhoornblazen wint nu elk jaar weer aan populariteit.
Buurtschappen